Uw mening

Welke zorg mag u verwachten?

Wij hechten veel waarde aan persoonsgerichte zorg; als patiënt staat u centraal in het zorgproces. Persoonsgerichte zorg stelt u in staat om de regie te nemen over uw eigen gezondheid en behandeling. Uw huisarts heeft hierin een helpende en coachende rol en bewaakt een medisch verantwoorde aanpak. Samen met u stelt de huisarts een persoonlijk behandelplan op en evalueert deze periodiek om uw behandeling eventueel bij te sturen. De doelen en acties zijn daarbij gebaseerd op landelijk gestelde richtlijnen voor goede zorg en streefwaarden.  

De zorg die u ontvangt, bestaat uit medicatie en lichamelijke onderzoeken, maar ook uit gesprekken met uw huisarts hoe u zelf het beste om kunt gaan met uw aandoening. Uw huisarts schakelt daar waar nodig ook verschillende andere zorgverleners in om u van de best mogelijke zorg te voorzien.

  • Periodiek overleg

    U ontvangt minimaal 1 keer per jaar een oproep van uw huisartsenpraktijk. Het aantal afspraken wordt samen met u bepaald afhankelijk van uw klachten. afspraken kunnen op de praktijk, via (beeld)bellen of via e-mail plaatsvinden.Tijdens dit periodiek overleg checkt uw huisarts of praktijkondersteuner uw gezondheid en bespreekt deze uitkomsten (en mogelijk die van aanvullend onderzoek) met u. Daarnaast bespreekt u hoe het met u gaat, uw medicatie, en uw begeleiding door de andere zorgverleners. Op basis hiervan stelt de huisarts of praktijkondersteuner samen met u doelen en acties op in een persoonlijk behandelplan. De doelen en acties zijn daarbij gebaseerd op landelijk gestelde richtlijnen en streefwaarden, en afgestemd op uw persoonlijke wensen en verwachtingen. U als patiënt staat hierbij centraal. Wilt u uw favoriete sport bijvoorbeeld weer kunnen beoefenen? Of wilt u graag weer activiteiten ondernemen met uw (klein)kinderen? Wellicht heeft u (andere) medicatie nodig, aanvullende specialistische zorg of is een verandering in uw leefstijl noodzakelijk. In uw behandeling staat centraal dat u zo goed mogelijk leert omgaan met uw aandoening, wat u zelf kunt doen om uw gezondheid te bevorderen en hoe uw huisarts of praktijkondersteuner u daarbij kan ondersteunen.

  • Laboratoriumonderzoek

    Minimaal eenmaal per jaar worden uw bloed en urine onderzocht. U ontvangt hiervoor een (digitaal) laboratoriumformulier van uw huisartsenpraktijk, vaak voorafgaand aan uw periodiek overleg. De uitslagen van dit onderzoek laten zien hoe uw chronische aandoening zich ontwikkelt en vormen mede de basis voor uw verdere behandeling.

  • Oogcontrole

    Minimaal eenmaal in de drie jaar ontvangt u een oproep om uw ogen te laten controleren bij een optometrist. Deze controle is nodig, omdat u door uw diabetes een risico heeft op het ontstaan van schade aan uw ogen (retinopathie). Door een foto te maken van het netvlies van de ogen (fundusfoto), kunnen deze afwijkingen tijdig worden opgespoord. Wanneer er bij u lichte schade aan de ogen is geconstateerd, kan het zijn dat u jaarlijks wordt opgeroepen. Dit onderzoek wordt uitgevoerd door een huisartsenlaboratorium in uw regio. Uw huisarts bespreekt de uitslag van het onderzoek met u tijdens uw periodiek overleg.

  • Voetonderzoek en medische voetzorg

    Uw huisarts of praktijkondersteuner voert minimaal eenmaal per jaar een voetonderzoek bij u uit tijdens het periodiek overleg. Door uw diabetes heeft u een verhoogd risico op het ontstaan van voetproblemen. Door middel van het voetonderzoek stelt uw huisarts of praktijkondersteuner uw Sims classificatie en zorgprofiel vast en beoordeelt of het noodzakelijk is om u door te verwijzen naar een pedicure en/of podotherapeut.

  • Medicatie

    Om een te hoog cholesterol, bloedsuiker en/of bloeddruk te verlagen is er meestal een behandeling met medicijnen nodig.

    • Bloedglucoseverlagende medicatie: Als eerste stap zal een middel worden voorgeschreven dat zorgt voor een verbetering van uw gevoeligheid voor insuline. Wanneer dit niet voldoende is, zal er (ook) een middel worden voorgeschreven dat ervoor zorgt dat uw lichaam meer insuline gaat aanmaken. Wanneer uw bloedglucose met deze middelen niet voldoende wordt verlaagd, is behandeling met insuline een zinvolle therapie.
    • Cholesterolverlagende medicatie: Deze worden voorgeschreven om de aanmaak van cholesterol in uw lichaam te remmen, wat uw kans op hart- en/of vaatziekten verlaagt.
    • Bloeddrukverlagende medicatie: Deze worden uiteindelijk vaak in een combinatie van 3 middelen voorgeschreven om uw vaten te verwijden, uw hartslag te verlagen en/of overtollig vocht af te drijven waardoor uw bloeddruk zal dalen.

    Uw huisarts of praktijkondersteuner bepaalt samen met u of en welke medicatie u in uw geval het beste kunt gebruiken. Reageert u niet goed op een middel? Dan kijkt de huisarts samen met u wat een alternatief middel kan zijn.